Materiaalsoort xxxx

De pleistersoort heeft praktisch (en zeker op iets langere termijn) geen invloed op de vervuiling. De mogelijkheden tot aanhechting van vuil wordt minimaal als de gevels snel drogen, bijvoorbeeld omdat de pleister waterafwijzend is. Er kunnen stoffen aan de pleister zijn toegevoegd die algvorming en vuilaanhechting tegengaan zoals waterafwijzende middelen, algiciden en fungiciden. Deze middelen zijn niet altijd even effectief en hebben een beperkte levensduur, wat overigens niet wil zeggen dat ze afgeraden moeten worden.

De krabpleister heeft aanvankelijk een bros oppervlak. Door afbraak van fijne deeltjes van de toplaag, met de daaraan klevende vuildeeltjes, zal de vervuiling minder snel opvallen. Om deze reden wordt soms gesproken van een ‘zelfreinigende’ werking van krabpleisters. Hiervan is slechts een beperkte tijd sprake omdat de brosse laag na verloop van tijd is afgesleten en de krabpleister steeds harder / minder bros wordt.